De anticonceptiepil, kortweg ‘de pil’ genoemd, is al tientallen jaren een veelgebruikt middel voor vrouwen om een zwangerschap te voorkomen. Het is een gemakkelijke en betrouwbare anticonceptiemethode.
Het enige dat je hoeft te doen, is één keer per dag een pilletje slikken. Maar hoe werkt de pil eigenlijk? Wat gebeurt er in je lichaam?
Dat heeft alles te maken met hormonen. Dit zijn de werkzame stoffen in de pil, die voorkomen dat er een zwangerschap kan ontstaan. Deze hormonen beïnvloeden de vruchtbaarheidscyclus, die elke maand in je lichaam plaatsvindt.
De pil werkt op meerdere gebieden
Normaal gesproken komt er elke maand een eicel vrij in het lichaam van een vrouw. Dat noem je de eisprong of ovulatie. Het baarmoederslijmvlies vormt een laagje dat later weer wordt afgestoten als de eicel niet bevrucht is.
Dat afstoten noem je de menstruatie. De hormonen die in de pil zitten voorkomen dat er een eicel vrijkomt. Ook wordt er geen laagje gevormd door het baarmoederslijmvlies. Als de eicel tóch bevrucht zou zijn, kan deze zich dus niet innestelen.
Ook wordt het slijm dat in de baarmoederhals (de ingang naar de baarmoeder) zit, wat dikker. Zo kunnen zaadcellen minder snel in de baarmoeder komen.
Verschillende soorten van de pil
De pil werkt dus op drie gebieden en is daarom een betrouwbare anticonceptiemethode. Er zijn verschillende soorten anticonceptiepillen, waarvoor je kunt kiezen. De werking is vergelijkbaar, alleen de hoeveelheid hormonen die de pillen bevatten, zijn anders.
Ook de verhouding tussen de verschillende hormonen kan per soort anticonceptiepil anders zijn. Meestal slik je 21 dagen lang een pil en volgt daarna een pauzeweek, waarin de menstruatie plaatsvindt. Er zijn ook strips met 28 pillen en zelfs met 91 pillen. Zoek samen met je arts uit welke pil voor jou het meest geschikt is en welk schema het beste bij jou past.